Vanaf dit jaar moeten zorgverleners de DSM-5 als uitgangspunt gebruiken bij de beoordeling of er sprake is van een psychische stoornis. Als gespecialiseerde GGZ-instelling volgt Human Concern de DSM om een eetstoornis zoals boulimia, anorexia of eetbuistoornis te diagnosticeren. Het classificatiesysteem is ook bepalend voor vergoeding door de ziektekostenverzekering.
Het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (kortweg DSM) is een Amerikaans handboek voor de diagnose en statistiek van psychische aandoeningen. In de meeste landen geldt dit als de standaard in de psychiatrische diagnostiek.
Andere gespecificeerde voedings- en eetstoornis en ongespecificeerde voedings- en eetstoornis
Nieuw aan deze versie van de DSM is de classificatie ‘Andere gespecificeerde voedings- en eetstoornis en ongespecificeerde voedings- en eetstoornis’. In de vorige versie van de DSM, de DSM-IV, vielen deze twee groepen in de categorie eetstoornis NAO (Niet Anderszins Omschreven). Dit is een categorie voor cliënten die meestal een aantal overeenkomstige, maar niet alle kenmerken hebben van de eerdergenoemde, meer specifieke eetstoornissen zoals anorexia en boulimia. De afgelopen jaren zijn clinici en onderzoekers zich steeds meer gaan realiseren dat een significant aantal mensen met eetstoornissen niet binnen de DSM-IV criteria van anorexia of boulimia vielen. Daardoor kregen veel mensen met een eetstoornis de diagnose van Eetstoornis Niet Anders Omschreven (ES NAO). Studies wijzen uit dat een significant deel van deze mensen waarschijnlijk een BED (Binge Eating Disorder of eetbuistoornis) heeft. Deze eetstoornis is nu ook toegevoegd aan de DSM-5.